Gebakken knolselderij met oesterzwamragout op een bedje van boerenkoolpuree
met krieltjes in schil met rozemarijn

Bereiding:

1. Verwarm de oven voor op 175 gr. Boen de krieltjes schoon met een borsteltje en kook 5 minuten. Giet af en doe ze in een ovenschaal met olijfolie, zout en knoflook, goed omscheppen. Bak 30 min in de oven op 175 graden.

2. Snijd eventuele wortels van de knolselderij en schil hem rondom met een dunschiller, zodat hij egaal wordt.

3. Doe samen met de peperkorrels, laurier en het zout in een niet te grote kookpan, zorg dat de knol voor minimaal de helft onderstaat. Kook 15 minuten.

4. Meng de mosterd met de olijfolie. Snijd de knolselderij in plakken van 1 cm dikte, smeer in met het mosterdmengsel. Laat 10 min intrekken en bak om en om in een koekenpan tot ze lichtbruin zijn.

5. Smelt de boter in de pan en voeg de bloem toe. Roer dit door elkaar en laat de roux op laag vuur garen zonder te kleuren. Roer er beetje bij beetje de groentefond door zodat er geen klontjes ontstaan.

6. Laat de ragout aan de kook komen, zet het vuur laag en laat het, onder af en toe roeren, circa 15 minuten garen. Pel en snipper de rode ui. Pel en snijd de knoflook fijn.

7. Scheur de oesterzwammen in repen. Verwarm de olie in de pan. Bak de oesterzwammen in 3 minuten goudbruin. Voeg de knoflook en ui toe, bak 1 minuut mee en breng op smaak met zout en peper en roer het oesterzwammengsel door de ragout.

8. Breng de pompoenblokjes met een laagje water aan de kook. Was de boerenkool en snij het blad van de stengels en snij het in grove stukken. Voeg na 5 min toe aan de pompoen en kook het samen nog 10 min. Breng op smaak met peper en zout en pureer met een staafmixer.

9. Verdeel de puree op een schaal of bord, leg de gebakken knolselderij er schuin op en garneer met de ragout.